In de media worden problemen met moslims steevast benaderd als een ideologische kloof tussen twee culturen die elkaar niet verdragen. Om met Fortuyn te spreken: de ene cultuur is middeleeuws en achterlijk, de ander is verlicht, vrij en transparant. Het zijn twee archetypen waarover binnen de mainstream journalistiek een meer dan opvallende consensus bestaat. De vraag is of dit beeld juist is. Tilt onze stellige overtuiging over het Vrije Woord ons niet boven elke dialoog?
Wie een collectieve identiteit (kenmerkend voor elke religie) gelijkstelt aan een problematiek, veroordeelt iedereen die er deel van uitmaakt. Keurige moslim of foute moslim, het maakt niet uit. Dat onrecht wordt onder moslims (enkele opgeklommen politici uitgezonderd) collectief gevoeld. Toen de Noor Anders Breivik in 2011 vele Noorse kinderen doodschoot in een multicultureel georiënteerd zomerkamp, deed hij dat vanuit een christelijke overtuiging. Hij zag zichzelf als een moderne versie van de middeleeuwse Tempeliers en streed voor een monocultureel christelijk Europa. Maar het motief van christelijk fundamentalisme heeft de media geen moment gedomineerd. Breivik doodde 77 mensen.
Scheve Verhoudingen en Irak
Het duiden van moslims als bedreiging van westerse vrijheden staat in schril contrast met het verhoudingsgewijs veel grotere onrecht dat moslims al vele jaren in het Midden-Oosten overkomt. Door dit contrast, tussen wat wel en wat niet in de media wordt belicht, kon in westerse samenlevingen over moslims een eenzijdig en vertekend beeld ontstaan.
Cheney '94:
Invading Baghdad Would Create Quagmire |
|
|
|
Over de oorlog in Irak is veel geschreven, neem alleen de uitwassen in de door Amerika geleide Abu Ghraib gevangenis. Toch bleef het akelig stil over de dramatische gevolgen van de bezetting van Irak op het ontstaan van etnische spanningen, de verwoesting van infrastructuur en culturele identiteit.
De War on Terror, na 9/11 op het Midden-Oosten losgelaten met valse argumenten, is oorzaak van een wereldwijde stigmatisering van moslims als bron van religieus geweld, terwijl Dick Cheney al in 1994 voorspelde wat er bij een inval in Irak in de regio zou losbarsten. Veel media betwisten met terugwerkende kracht de legitimiteit van die oorlog, maar er is nauwelijks sprake van enige introspectie op het cruciale punt van schuldigheid of medeschuldigheid aan het opleven van de radicale Islam.
Zonder de oorlog tegen Irak was een Frankensteinleger als IS ondenkbaar. Al Qaeda zette voor het eerst voet op Irakese grond na vernietiging van het Irakese veiligheidsapparaat. New York Times bestseller en terrorisme analist van CNN, Peter Bergen, schreef in 2004 over de oorlog in Irak:
"Wat wij in Irak hebben gedaan is wat Bin Laden in zijn stoutste dromen niet had kunnen overtreffen: We bezetten een olierijk moslimland in het hart van het Midden-Oosten, met het soort verovering (imperial adventure) dat bin Laden beschouwde als lange termijndoel van de Verenigde Staten in de regio. We verdreven de ongelovige socialist Saddam - door bin Laden sinds tijden veracht - ontstaken het vuur tussen soennitische en shi'itische fundamentalisten in Irak en hebben nu een 'defensieve' jihad veroorzaakt die wereldwijd jihad-georiënteerde moslims opzweept."
Iraqi child drawing bomb dropping airplanes |
|
De bezetting van Irak was een ongekend menselijk drama waarbij volgens huidige schattingen een miljoen Irakezen als gevolg van de Amerikaanse invasie om het leven kwamen, waaronder veel vrouwen en kinderen. Niemand in het vrije westen legde hier verantwoording voor af. Een omgekeerd drama waarbij honderdduizenden westerse burgers door buitenlandse militaire interventie het leven zouden laten, kunnen wij ons nauwelijks voorstellen. Evenmin de haat die we zouden voelen. Voormalig Brits premier Tony Blair ontving onlangs de 'Save the Children's Legacy Award' (nov. 2014) en George W. Bush opende als ex-president zijn eigen bibliotheek.
Lancet [in 2006]: 655,000 geweldadige en niet-geweldadige sterfgevallen door opgetelde effecten van de oorlog tegen Irak.
Afghanistan werd ogenschijnlijk gestraft voor 9/11, terwijl vijftien van de 19 kapers afkomstig zouden zijn uit Saoedi-Arabië, de belangrijkste Arabische bondgenoot van de Verenigde Staten. Van de overige vier kapers kwam niemand uit Afghanistan.
Bezettingsoorlog en het voeden van radicale stromingen
Preventieve oorlogsvoering in tal van moslimlanden was een neoconservatieve vondst, onderdeel van de Bush doctrine. Een eufemistische schijnbeweging die een defensief argument uitvoert als een daad van oorlog. Het wordt door moslims wereldwijd gevoeld als de bezettingsoorlogen die ze feitelijk zijn. Dit voeden van religieuze animositeit voor westerse geopolitiek, wordt in westerse media zelden in juiste context geplaatst.
De volkenrechtelijk illegale detenties op Guantanamo Bay, waar gevangenen zonder proces jarenlang verbleven en volgens recente rapporten ernstig zijn gemarteld, bleven onbestraft. Guantanamo is nog steeds operationeel. Detineren en martelen gebeurde verder in geheime CIA-gevangenissen (Black Sites) in vele landen en op circa vijftien schepen die als mobiele gevangenis fungeerden. Maar liefst 54 landen verleenden hier goedkeuring aan door er op één of andere manier in te participeren.
Toppunt is dat de Amerikanen met goedkeuring van hun westerse bondgenoten en financiële steun van Arabische bondgenoten een grote bijdrage leverden aan het opleiden en faciliteren van legers bestaande uit 'gematigde' rebellen (al Qaeda en andere groeperingen) om deze het vuile werk te laten opknappen tegen landen als Libië en Syrië. De twee mannen die verantwoordelijk worden geacht voor de Charlie Hebdo aanslag, zijn ook voormalig Syriëgangers.
Het voorwerk van 'functionele radicalisering' werd overigens al gedaan door Reagan's 'vrijheidsstrijders' in de jaren tachtig, de Afghaanse Moedjahedien. Geholpen door de CIA en door opgezweept religieus fundamentalisme gingen zij de Russen te lijf. Van 1980 tot 1994 financierde de VS voor 53 miljoen dollar een project dat Afghaanse schoolkinderen onderwees in de gewapende Jihad.
Islamitische Staat (IS)
Lag het miljarden verslindende westerse veiligheidsapparaat te slapen toen in juni 2014 in Irak het IS-leger opdook? Al Qaeda was bijna doodverklaard en plotseling was daar dat nieuwe leger dat zich als een deken uitrolde over driekwart van Irak, uitgerust met de modernste middelen. Hun kapitaal komt van individuele donaties uit Saoedi-Arabië, Qatar, Koeweit en de Verenigde Arabische Emiraten, gevoed door verzet tegen hun bondgenootschap met de VS. Daarnaast uit plundering, afpersing, belastingheffing, opbrengsten uit olie- en gasvelden, kunstroof, enzovoort.
Islamitische Staat werd na de val van Saddam Hoessein in 2003 in Irak opgericht. Aan al Qaeda verbonden jihadistische groeperingen beschermden soennitische Irakezen tegen de westerse bezetting en tegen de hierdoor toenemende sjiietische invloed in de regio. Zonder de volledige ontmanteling van de Irakese militaire structuur zou IS kansloos zijn geweest.
Door de Syrische burgeroorlog in 2011 ontstond een machtsvacuüm waarmee Islamitische Staat zichzelf en hun gebieden snel kon uitbreiden. Sommige door het westen getrainde en met wapens gesteunde rebellengroepen, maar ook hoge militairen van het verdreven Baathregime van Saddam Hoessein, sloten zich bij IS aan tijdens en na hun succesvolle offensief in Irak in juni 2014 .
Bestrijding terreur is dekmantel voor geopolitieke doeleinden
Westerse imperialistische motieven worden afgedekt onder het voorwendsel om in het Midden-Oosten de fundamenten onder het moslimterrorisme te ontmantelen. Er is een angstgegner gecreëerd om die vervolgens te kunnen bestrijden. Dit functionele streven zonder kop en staart wordt in kringen van het Militair Industriële Complex vertaald in de noodzaak van een langdurige oorlog (Long War), ofwel een permanente staat van oorlog.
Het doel is controle en veiligstelling van de kruiende machtsmonopolies in de wereld. De beschikbaarheid van goedkope olie in de VS is direct gekoppeld aan de nationale veiligheid. Omwille van status quo is het een economische en militaire noodzaak om die beschikbaarheid zeker te stellen.
Geert Wilders
Bron: Avatar Geert Wilders op Twitter |
|
|
De kunst in een 'Vrije Samenleving' is om het volk zelf om de beperking van hun vrijheden te laten vragen. Dwang of opgelegde controle is dan overbodig en de vlag van 'vrijheid' kan blijven wapperen. Wat het vraagt is angst. Geert Wilders is in Nederland ongetwijfeld de beste fondswerver voor naar de Jihad strevende moslims. Zijn stigmatisering maakt het voor moslims en niet-moslims lastiger om neutrale standpunten in te nemen en werkt radicalisering verder in de hand.
De sociale cohesie tussen moslims en andere Nederlanders en moslims onderling wordt niet alleen onder druk gezet door de politiek gemotiveerde haatcampagne van Wilders en consorten, maar ook door afnemende kansen om in Nederland op een succesvolle manier te integreren. In andere westerse landen zijn dezelfde mechanismen zichtbaar. Via de schaar van binnenlandse omstandigheden en buitenlandse gebeurtenissen (War on Terror) wordt een vijandsbeeld gecreëerd van een in toenemende mate kwetsbare bevolkingsgroep. Een klein maar relatief opvallend deel zal zich als slachtoffer èn als dader gaan manifesteren.
Nieuws en Feiten
Nieuws wordt nauwelijks gecorrigeerd door representatief feitenmateriaal. Klokkenluiders uit inlichtingendiensten of andere belangrijke overheidsinstellingen in de VS worden door Obama harder vervolgd dan door welke vorige president ooit. Intelligente nieuwsgaring is niet langer zonder risico en veel kranten vrezen de lange arm van het Departement van Homeland Security. Voor een carrière binnen de journalistiek is het geen pre om door te zagen over waarheidsvinding als daarmee feiten aan het licht komen die de regels van het spel veranderen.
Slechts 2 procent van de aanslagen in Europa in de laatste vijf jaar zijn gemotiveerd vanuit de islam, blijkt uit rapporten van Europol. Veruit de meeste aanslagen zijn gepleegd door ethno-nationalistische of seperatistisch geïnspireerde organisaties in Europa. Nieuwsmedia storten zich vooral op "het moslimprobleem". Al naar gelang welke doctrine er actueel is wordt dit probleem aangedikt in de beeldvorming. Vroeger waren het de communisten.
Nieuwsmedia grote factor in proces radicalisering
Wanneer onze westerse vrije pers bovenop het hier beschreven onrecht zou duiken, dan zou dat heel wat opgekropte frustratie bij moslims ongedaan maken, matigend inwerken op het proces van radicalisering en een machtig wapen zijn tegen de heersende machtspolitiek en hun vernietigende uitgangspunten. Dat is hoe de vrije media ooit waren bedoeld: als een Fourth Estate. Een corrigerend orgaan dat met waarheidsvinding de formele machten in toom houdt.
Media zijn voor een belangrijk deel in het bezit gekomen van de partijen die ze juist behoren te controleren. Corporatisme en staat zijn te zeer vermengd geraakt. Politici, journalisten en veiligheidsdeskundigen blijven eenzijdig de noodzaak onderstrepen om het Vrije Woord te beschermen, wat dat ook moge zijn. Waarmee ze elk fundament voor introspectie, zelfkritiek en dialoog om zeep helpen.
Noam Chomsky, filosoof en taalkundige, formuleert deze suggestie van vrijheid als volgt:
"De slimme manier om mensen passief en volgzaam te houden, is door het strikt beperken van het spectrum van acceptabele opinie, maar binnen dat spectrum een zeer levendig debat toe te staan."
Hoe vrij zijn wij werkelijk?
Pieter Broertjes, jarenlang hoofdredacteur van de Volkskrant stelde eens: waarom zouden wij als kleine krant over zaken gaan schrijven waarover zelfs grote jongens als de New York Times en de Washington Post niet schrijven? Hij reageerde afkeurend op kritische vragen over de verslaggeving rond 9/11.
Diversiteit en diepgang van het nieuws zitten aan het oppervlak, verpakt in braafheid en pseudo-intellectuele zelfgenoegzaamheid, denk aan Trouw. Of denk aan de schreeuwende koppen van de Telegraaf. In beide gevallen legitimeren ze de bestaande verhoudingen en voeden ze de scheefstand in kennis en informatie. De serieuze kranten valt op dit punt het meest te verwijten. Zij bepalen voor een groot deel het kenniskader van onze 'intelligentsia', waaronder docenten, bestuurders en opiniemakers.
's Werelds grootste nieuwsagentschappen zijn westers en leveren tegen betaling het gros van hun nieuws aan nieuwsredacties in geïndustrialiseerde landen. Het spectrum waarover Chomsky spreekt wordt deels hier al gevormd. Die informatiestroom bepaalt ondermeer wat ons trending nieuws zal zijn. Dit wordt eindeloos op duizenden redacties herkauwd en van samenhangende opinies voorzien.
Dit mechanisme van selectie wordt verder verfijnd door het belangensysteem dat inherent is aan corporate netwerken op gezaghebbende nieuwsredacties met een groot bereik. Welke hoofdredacteur die zichzelf op de ladder waant van een opgaande carrière, wellicht eindigend in een mooie politieke functie of topfunctie in het bedrijfsleven, zal bijten in een toekomstige hand die hem voedt? Zo werkt ook de zelfcensuur van journalisten die binnen hun krant willen opklimmen. Niet te vergeten de macht van grote adverteerders. In de VS trokken grote adverteerders hun fondsen terug zodra een krant kritisch schreef over de oorlogsplannen van destijds president George W. Bush.
Zelfcensuur en propaganda
Het gros van in de mainstream werkzame journalisten weet niet beter dan dat het nieuws een redelijk betrouwbare afspiegeling is van de stroom informatie die hen dagelijks bereikt. Zij leven onder de stolp van deadline en informatie-overload. Het probleem is dat er voor deze journalisten geen prikkel bestaat om nieuws te benaderen buiten gangbare bronnen en paradigma's. Nieuwe en schokkende inzichten en invalshoeken ontstaan als alle informatie deel kan uitmaken van het journalistieke onderzoek. Maar wie steekt daarvoor zijn nek nog uit? It is difficult to get a man to understand something when his salary depends upon his not understanding it (Upton Sinclair).
In de aanloop naar de oorlog in Irak speelde de Amerikaanse pers een belangrijke aanmoedigende rol. 'Progressieve' kranten als de Washington Post en de New York Times, gevolgd door nieuwsredacties wereldwijd, bleven niet achter. Pas achteraf bleek hoezeer journalisten zich gebaseerd hadden op informatie die afkomstig was van officiële woordvoerders en bronnen . Dit soort bronnen is per definitie gelinkt aan spindoctors, politieke belangen en krachten uit het industriële complex. Deze bronnen zijn - eveneens per definitie - niet primair uit op waarheidsvinding, hoewel dat laatste wel de controlerende taak zou moeten zijn van de nieuwsmedia. Naar mensen in het veld, VN-rapporteurs, klokkenluiders of dissidente nieuwsbronnen werd niet geluisterd. Op dit punt is er weinig tot niets veranderd.
De minst detecteerbare maar meest effectieve vorm van propaganda is niet de expliciete leugen, maar een werkelijkheid die is samengesteld uit onvolledige informatie. Propaganda heeft bij de samenstellers niet altijd de intentie om propaganda te zijn. De meest ongrijpbare vorm van censuur is zelfcensuur.
De blinde vlek is ons heilige geloof in ons Vrije Woord. Door dit af te zetten tegen onvrijheden ver van ons bed verwierf dat Vrije Woord superioriteit en werd het een label, een vlag op de morele kruistocht die we denken te voeren tegen die onvrije wereld om ons heen.
Luisterend naar de vele deskundigen, politici, schrijvers en intellectuelen die op bekende mediakanalen mogen reageren op de Charlie Hebdo aanslag, blijkt de betekenis en juistheid van dat Vrije Woord wel het laatste dat ter discussie wordt gesteld. Zonder de dynamiek en wezenlijke kracht van zelfspot en tegelijk serieuze zelfreflectie, is die vrijheid maar een dood ding.
|
|